Zij liepen deze ochtend helemaal tegen de spoorlijn aan van Castricum naar Uitgeest en op het spoor stond een goederentrein. Wij gingen het land in om de paarden op te halen, toen er plotseling vanaf Castricum twee Amerikaanse jachtvliegtuigen heel laag aan kwamen vliegen. De piloten waren duidelijk zichtbaar. De vliegtuigen cirkelden enige malen over de goederentrein en namen toen een vanaf Heemskerk een duikvlucht richting trein terwijl ze deze gelijktijdig onder vuur namen. Ondertussen hadden wij de paarden de vrijheid weer gegeven en waren in de walkant van een sloot gaan liggen. De aanval duurde enkele minuten. Eén van de vliegtuigen viel plotseling van de andere kant aan. Dit was niet zo prettig, want kogels troffen nu ook de slootkant waarin wij dekking hadden gezocht. Toen de trein in brand stond vlogen zij terug richting Castricum. Wij kropen uit slootkant en gingen naar de paarden die gelukkig niets mankeerden. Opeens merkte ik dat er iets mis was met mijn rechter been. Ik stroopte mijn broekspijp op en zag dat mijn kuit bloedde. Met een zakdoek als verband werd het bloeden gestopt. Lopen ging moeilijk maar op een paard zitten was geen probleem. Zo togen wij naar huis. Onderweg moesten wij door een weiland dat door de Duitse Weermacht was gevorderd en waar zij hun paarden lieten grazen. Deze paarden werden bewaakt door twee Duitse soldaten. Deze hadden de schietpartij van afstand gezien en zagen ook dat mijn been geraakt was. Een van de soldaten nam mij mee naar de Mariaschool waar zij gelegerd waren. Hier was een arts aanwezig die mij heeft verbonden. De wond stelde niet veel voor, het was een schampschot, gelukkig heel oppervlakkig. Wel moest ik iedere dag terug komen net zolang tot de wond genezen was. Dit deed ik dan ook trouw
Verhaal verteld op: 25-10-2007