Met hand of dubbelloops

Of dit humaner is dan het verschalken met behulp van een strik is wat anders. Trekt de strik zich direct strak rond de nek van het beest dan is hij snel uit zijn lijden verlost. De strikken werden door de zogenaamde kantstropers in de hagen van de tuinen gezet of aan het prikkeldraad bevestigd. In de duinen hing de strik aan een speciaal stokje dat stevig in de grond werd gezet. Een heldere avond met wat wolken die door de wind snel langs de maan schuiven was een voorbode van veel konijnen in de strikken. Natte donkere stille avonden geven vrijwel geen buit Als het beest met een poot in de klem komt moet het pijn lijden tot de stroper hem uit zijn lijden verlost. Een andere manier is het uitspitten van de konijnen uit hun hol. Een hond gaat met de stroper mee en geeft aan of er bewoners in het hol zijn. Een paar flinke scheppen zand weghalen en het hol met bewoners ligt open. De hond bewaakt intussen de eventuele andere uitgang. De meest luidruchtige manier is het dubbelloops jachtgeweer. Tegen het ochtendgloren schiet men een fazant zo uit de boom als die nog zit te slapen. De lichtbak wordt ook ingezet. De enorm felle lichtstaal verblindt het wild dat stokstijf blijft zitten en het geweer doet de rest.

Verhaal verteld op: 09-10-2007