Dorpskerk
In het centrum van Heemskerk staat op het Kerkplein de Nederlands Hervormde Kerk (ook wel bekend als de Dorpskerk). Op diezelfde plaats stond al in 1063 een kerk, waarvan bij verwoesting rond 1573, de toren behouden is gebleven. Deze toren is in de 13e eeuw opgetrokken uit zogenaamde kloostermoppen (grote stenen). De onderbouw van de toren behoort tot de Romaanse bouwstijl. De bovenbouw behoort tot de Vlaamse kunst Gotiek. De geheel van steen opgetrokken spits is in Nederland een zeldzaamheid. In 1585 stortte de spits naar beneden door een blikseminslag. In 1628 werd met een andere steensoort de toren weer opgebouwd, wat nog altijd te zien is. De hoogte van de toren met spits is 42,52 meter. Het kruis, waaronder vroeger een koperen bal zat, is 1,75 meter hoog.
De haan, symbool van licht en waakzaamheid is een prachtig kunstwerk van koperdrijfkunst, dat in 1728 werd vervaardigd. Ook de klok in de toren kan worden beschouwd als een zeldzaamheid. De kerk bezit namelijk een van de oudste luidklokken van het land. De klok (900 kilo) werd in 1464 vervaardigd door Steven Butendijc, een befaamde klokkengieter uit Utrecht.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog is de klok uit de toren gehaald om naar Duitsland te worden vervoerd. Gelukkig is het schip waarmee de klok werd vervoerd, bij Urk aan de grond gelopen en gezonken. Na de oorlog kon de klok worden geïdentificeerd en in 1946 werd hij ongeschonden weer naar zijn thuishonk gebracht. In de kerk bevinden zich een eikenhouten preekstoel uit 1629 en een doophek uit de 17de eeuw. Het orgel, een zogenaamde éénklaviersorgel met aangehangen pedaal, stamt uit 1857 en is van de fa. Knipscheer uit Amsterdam.
Kerkhof
De oudste zichtbaar gedateerde zerk die nu nog op het kerkhof te zien is, stamt uit 1467 en is van de gebroeders Van Assendelft. Uit de geschiedenis van de Heerlijkheid Assumburg weten we, dat in dat jaar Willem van Assendelft tijdens een volksbeweging in Haarlem werd doodgeslagen. Dat gebeurde op Hemelvaartsdag, die in dat jaar op 29 mei viel.
In de grafkelder van de Noorderkapel lagen Daniël de Hertaing (overleden 1626) en zijn zoon Willem (overleden 1628) begraven. Hun wapens waren eertijds afgebeeld op de ramen van de kerk.
Precies honderd jaar ouder dan het priestergraf is het graf van Bouwen Willemsz. van Poelenburch. Hierin werd hij in 1572 begraven. Hoewel hij niet van adellijke afkomst was, werd hij na een gerechtelijk proces erkend als welgeboren man van het Huis Poelenburch. Op zijn grafzerk staat ook de naam van zijn vrouw vermeld: Anna Isaacsdr. Vermoedelijk is de zerk in de 17de eeuw vervaardigd als vervanger van het oorspronkelijke monument.
Op het kerkhof ligt slechts één predikant begraven. Onder een liggende zerk met bakstenen rand rust dominee Jan Douwe Faber. Hij overleed op 17 april 1889, nadat hij slechts één jaar zijn ambt in Heemskerk had kunnen vervullen. In de rij van rangen en standen ontbreekt ook die van de adel niet. In 1810 werd op de plek van de Noorderkapel de bestaande grafkelder herbouwd voor de familie Rendorp van Marquette. De sluitsteen die toegang geeft tot deze kelder ligt tegen de consistorie die daar in 1973 werd gebouwd. In de grafkelder werden vijf leden van de adellijke familie Rendorp van Marquette bijgezet. Als eerste Paulina Adriana Boreel, die op 30 september 1823 was overleden. Als laatste werd Jacob Rendorp van Marquette begraven. Hij was burgemeester van Heemskerk van 1850 tot 1868 en stierf op 30 juli 1879.
Er is nog een tweede grafkelder. In 1816 kreeg Andries Adolf Deutz van Assendelft, heer van Assumburg, deze grafkelder door de gemeenteraad toegewezen. Toen de grafkelder in 1944 werd geopend trof men er acht kisten aan, waaronder een kleine. Jacoba Margaretha Maria Boreel, overleden op 3 december 1816, was als eerste in de kelder bijgezet. De laatste telg van het geslacht Deutz van Assendelft, Johanna Josina Willink die stierf op 15 december 1867, was hier als laatste bijgezet.
Slachtoffers WO II
Op 16 december 1943 stortte een Lancaster van de RAF neer in de duinen van Heemskerk. Alle bemanningsleden kwamen hierbij om het leven. Zij kregen een graf op de begraafplaats van de Hervormde Kerk in het centrum van Heemskerk. Op de begraafplaats ligt ook een Brits zeeman begraven die om het leven kwam bij de evacuatie van het Britse leger bij Duinkerken tussen 27 mei en 4 juni 1940. Zijn lichaam spoelde aan op het strand van Heemskerk en ook hij kreeg een eregraf op deze begraafplaats.
De obelisk
De wereldberoemde schilder Maerten van Heemskerck werd in 1498 in Heemskerk geboren als zoon van een welgesteld landman, Jacob Willemsz van Veen. Maerten heeft zich later naar zijn geboorteplaats laten noemen, zoals destijds gebruikelijk was.
Tegen de zin van zijn vader ging Maerten zich bekwamen in de schilderkunst. Om zijn blik te verruimen vertrok hij in 1532 naar Rome. Vier jaar later keerde hij terug en vestigde zich in Haarlem. Zijn werk werd goed betaald, zodat hij een vermogend man werd. Veel van zijn werken zijn te bewonderen in het Frans Halsmuseum te Haarlem.
Ondanks de tegenwerking die hij in zijn jeugd van zijn vader had ondervonden, bleef hij hem in ere houden. Zo liet Maerten in 1570, 35 jaar na de dood van zijn vader, een obelisk plaatsen op zijn graf. Het monument is te zien op het kerkhof bij de Dorpskerk. Omdat de obelisk na zoveel eeuwen in verval raakte, is een replica gemaakt die nu de plaats inneemt van het origineel. Dat heeft een plaats gevonden in de kerk.
Klik hier voor meer lezen over Kerk of over kerkhof