Maerten van Heemskerck werd ± 500 geleden in 1498 in Heemskerk geboren. Zijn vader, Jacob Willemsz. van Veen was een welgesteld landsman. Eigenlijk heette hij dus Maerten van Veen, maar zoals vaker in die tijd noemden veel kunstenaars zich naar hun geboorteplaats.
De vader van Maerten zag zijn zoon als zijn opvolger op de boerderij maar Maerten wilde zelf liever schilder worden. Met de hulp van zijn moeder vertrok Maerten naar Haarlem waar hij leerling-schilder werd bij Cornelis Willemsz. In Delft studeerde hij daarna korte tijd bij Jan Lucasz. Jan van Scorel, toen al bekend, werd zijn volgende leermeester. Van Scorel was omstreeks 1520 in Italië geweest en had daar een nieuwe schilderstijl ontwikkeld. Dit sprak Maerten erg aan. Van 1532 tot 1536 verbleef hij dan ook in Rome waar hij veel leerde van de renaissanceschilders en tijdgenoten als Michelangelo en Rafaël. Hij keerde terug uit Rome met een welgevulde beurs.
Terug in Nederland kreeg hij al snel belangrijke opdrachten. Hij werd één van de succesvolste kunstenaars van Nederland. Hij vestigde zich in Haarlem waar hij de rest van leven bleef wonen. 4 of 5 jaar heeft de schilder in opdracht gewerkt aan het triptiek dat in 1544 werd opgeleverd in de Grote Sint Laurens Kerk in Alkmaar. Het is het grootste triptiek dat ooit in de Noordelijke Nederlanden werd vervaardigd en is 5.70 m hoog en met geopende zijpanelen 8 meter breed. Vrij snel na de plaatsing brak in Nederland de Beeldenstorm uit (1566) en verdwenen vele kunstwerken uit de kerken. Het triptiek kon worden gered maar werd in 1581 via een handelaar verkocht en kwam terecht in de Domkerk van Linköping in Zweden waar het nog steeds is te bewonderen.
Bij de laatste restauratie van de Laurenskerk in Alkmaar ontstond bij een aantal kunstenaars het idee het triptiek terug te brengen naar Alkmaar. Het project werd genoemd “Maerten in Cyberspace” en bestond eruit dat het originele triptiek in Linköping werd gescand waarna een computer-gestuurde plotter in Alkmaar de verschillende delen afdrukte. Zo ontstond een kopie die in Alkmaar kon worden bezichtigd. Helaas is de kwaliteit van de kopie zo sterk achteruit gegaan dat deze niet meer publiekelijk wordt vertoond.
In 1570 werd hij door het gemeentebestuur van Haarlem vrijgesteld van het betalen van de stedelijke belasting ‘op grond van zijn grafische vaardigheid waarin hij uitblonk’. Hij verkeerde in de betere kringen, werd kerkmeester, had verscheidene bestuursfuncties in het gilde en was actief in de rederijkerskamer. Veel van zijn opdrachten kwamen voort uit zijn contacten met aanzienlijke Haarlemse families.
Op het graf van zijn vader, op het kerkhof van Heemskerk, liet hij een azuurstenen pyramide of grafspits bouwen. Bovenop staat het gehouwen beeld van zijn vader en het grafschrift in Latijn en in het Nederlands. Dan staat er nog een kindje op doodsbeenderen waar vuur doorheen speelt. Het zinnebeeld van onsterfelijkheid. Er onder staat: Cogita mori. Beneden ziet men zijn wapen met boven aan de rechterkant een dubbele arend en links een leeuw, onder een naakte gevleugelde arm met een pen of penseel in de hand rustend op een schildpad. Voor het onderhoud van deze pyramide werd door Maerten ook een stuk land bestemd met dien verstande dat, als men het monument liet vervallen, de familie het land in bezit mocht nemen.
Het originele gedenkteken staat tegenwoordig ter bescherming tegen weersinvloeden in de toren van de dorpskerk. Op het kerkhof staat een replica.
Maerten trouwde met Marytgen Gerritsdochter maar het huwelijk bleef kinderloos. Hij stierf op 1 oktober 1574 in zijn woonplaats. Het testament spreekt van een bruidenfonds ‘dat in alle naevolgende jaeren ten eeuwygen dagen toe’ toegekend moest worden. Meisjes uit Heemskerk en Haarlem, die ‘wel gescapen ende gesien soude wesen’ en die op zijn graf in de Grote of Oude Sint Bavokerk in Haarlem trouwden, ontvingen een som geld als bruidschat. De huwelijksgift, waarvoor elk jaar twee bruidsparen in aanmerking kwamen, mocht alleen worden besteed aan ‘heure huyse en huysraet’. Het laatste paar dat op zijn graf trouwde was Trijntje Klaasse de Boer die op 27 november 1787 trouwde met Jan Kuil. Trijntje kwam uit Heemskerk.
Meer lezen over Maerten van Heemskerck?
zie Maerten van Heemskerck 1498-1574, constigh vermaert schilder, door Erik Zevenhuizen en Piet de Boer, in bibliotheek HKH
zie ook Heemskring nr. 6, art. Monument van een schilder
© Copyright HKH 2011-2013